Maaike Thiecke
05/03/2025
3 min

Boekenbalwinst

05/03/2025
3 min

Het Managementboekenbal is inmiddels alweer achter de rug. Ik kreeg een uitnodiging, voor het eerst van mijn leven. Winnen kon ik niet, want het ging over boeken uit 2024, dus stond me vooral een tof feestje in de Rode Hoed in Amsterdam te wachten. 

Blijkbaar heb ik een hoop mensen nieuwsgierig gemaakt naar de cultuurdingetjes die ik daar aantrof omdat ik van tevoren schreef hoe ik me daar handenwrijvend op voorbereidde. Dat ik uitkeek naar de voorrangsregels: voorrang voor het beste managementboek of voor het bestverkochte managementboek? Dat ik benieuwd was naar de do's en don'ts voor de winnaar, de verliezers en het publiek: hoe heurt het daar, op dat gala? En dat ik bij voorbaat al verontwaardigd was over de mogelijk niet-zo-feestelijke outfits omdat iemand me waarschuwde voor spijkerbroeken met een t-shirt, in plaats van Addy van den Krommenacker 'meets' Leco van Zadelhoff. 

Het eerste cultuurdingetje was mijn eigenste. Namelijk stug wel in die ene lange feestjurk met split en rode lippen. Plus dat andere hardnekkige dingetje van mij: toch besluiten om met de auto naar hartje Amsterdam te rijden, in plaats van weinig glamoureus op de fiets en in de trein. 

In de spits op donderdagmiddag over de A2. Parkeren op loopafstand van het Centraal Station. Tuurlijk.

Dus echt net op tijd op de rode loper, in mijn nopjes dat de eerste persoon die ik tegen het lijf liep in vol ornaat in de glitters was. Dat was een medewerker van de Rode Hoed. Die was verkleed. Als robot. Die dus haar robot-act deed toen ik haar opgetogen begroette met een compliment over haar feestelijke outfit. Tssss. 

Direct door naar de zaal waar ik nog net tien seconden keihard 'héééé, wat leuk, jij ook hier!!!' kon fluisteren tegen een paar andere Van Duuren-auteurs op de Van Duuren-stoelen in de zaal. Weinig cultuurdingetjes te spotten, behalve dan wat er voorrang had: het beste managementboek van het jaar. Maar dat duurde nog even. Ik zat ondertussen met vrij uitzicht op een van de genomineerden die het volgens mij in toenemende mate zat de besterven van de zenuwen naarmate het officiële programma vorderde. En niet won.

Provotyping won. En daarmee won mijn uitgever ook. En Jos Burgers won, niet voor het beste boek maar voor het bestverkochte managementboek van het jaar. Waar hij een soort oeuvre-award voor kreeg omdat ie dat al vijf keer eerder had gedaan. Zes keer bestverkochte managementboek van het jaar. Over winnaar gesproken.

Ik heb me suf gepiekerd op de cultuurdingetjes daar. Ik voelde me vooral nieuw. Klopte ook want dit was mijn eerste bal. Wel een genoeglijke borrel met collega-auteurs met wie steeds opnieuw even werd vastgesteld of je hoorde bij de mensen die een boek hadden geschreven of bij de AUTEURS, met meer dan één boek. 

Blijkbaar was dát wel een cultuurdingetje.

Op weg terug naar de parkeergarage liep ik achter een koppel aan. Zij op extreem mooie hoge hakken, blijkbaar tevens extreem oncomfortabel, gezien het feit dat zij hangend aan zijn arm over de grachten strompelde. Typische zit-schoenen, dacht ik. Maar zo prachtig.

'Fantastische schoenen.' zei ik tegen haar. 'Oh, dank je! Ja, nou ik twijfelde al', zei zij. 'Toen ik binnenkwam wist ik ineens niet meer of het nou wel de bedoeling was, zo opgedirkt. Het was mijn eerste bal namelijk', zei ze verontschuldigend. 'Mijne ook', zei ik. 

Ze vertelde dat ze zich als groentje opgelaten had gevoeld met haar nieuwe jurk en belachelijk mooie schoenen voor de gelegenheid. Dat ze de hele avond in de war was geweest wat de bedoeling was. Was het nou stom geweest dat ze samen met haar man was gekomen of niet? Waren mensen nou gekleed of verkleed? Moest ze zitten in de zaal of achterin staan aan de bar? Dat ze dacht dat er gedanst zou worden, dat was ook aangekondigd maar de stoelen bleven maar in de zaal staan. Dat ze steeds dacht dat het feest nog moest beginnen maar toen was het al afgelopen. 

Wij waren beiden groentjes, voor het eerst op het managementboekenbal. Het kan zijn dat we beiden nog te weinig konden bepalen wat de mores zijn. Zoals alle groentjes in welke organisatie dan ook zich te pletter werken om de impliciete regels te snappen.

Of misschien waren er gewoon weinig regels? Gewoon komen zoals je wilt? Zonder plichtplegingen, lekker open en laagdrempelig?
Zou kunnen. Niet overal zijn cultuurdingetjes, mevrouw Thiecke.

Met dank aan het bal sudderde ik in de meivakantie over het streven naar weinig regels en een 'alles-is-goed-cultuur' die ik ook wel eens in organisaties tegenkom. Ik vraag me steeds vaker af of dat niet bijdraagt aan vervreemding in organisaties. Cultuurdingetjes zijn niet alleen 'irritante' impliciete regels. Of 'belemmerende' geheime codes. Cultuurdingetjes verbinden. Ze bepalen hoe wij bij elkaar horen én hoe wij ons onderscheiden van anderen. Het is de collectieve identiteit. Het geeft houvast zodat je weet hoe je erbij moet horen. En wanneer je ergens thuis bent. Of juist niet. 

Cultuurdingetjes zorgen voor orde in de chaos; zonder die dingetjes zouden we elke dag opnieuw de weg kwijt zijn. En cultuurverandering zou niet moeten gaan over 'zonder regels'; cultuurverandering gaat over het opdoeken van oude mores die niet meer kunnen, niet meer passen, niet meer horen en ze vervangen door andere mores. Ander DNA met andere cultuurdingetjes. Zonder mores kan geen enkele organisatie vitaal zijn. Dan mist het zijn collectieve identiteit. Dan kan niemand erbij horen. 

Een vrij goed recept voor vervreemding. Lijkt mij.


Reacties